"Ik Ben Ik", de nieuwste single van ex-troubadour-bij-uitstek
Boudewijn de Groot, waarop hij zijn zo bijzonder eigen
levensopvatting verkondigt, heeft veel Boudewijn-fanatiekelingen
aan 't schrikken gemaakt. Want... waar is het typische en zeer
subtiele troubadour-soundje dat ieder nummer van Boudewijn
kenmerkte, gebleven? Heeft meneer de Groot z'n "magic touch"
verloren in de loop van de afgelopen woelige jaren? Of zoekt hij
gewoon nieuwe wegen? We weten 't niet en we zullen er waarschijnlijk
nooit achterkomen. Vast staat in ieder geval dat Boudewijn de Groot
sinds 't overbekende meisje van 16
een stormachtige ontwikkeling, bestaande uit voortdurend hollen en
stilstaan, tumult en stilte, heeft meegemaakt. Oordelen over artiesten
heeft Popfoto nooit zo gelegen, maar mogen we zeggen dat de Boudewijn
van vòòr 'Tante Julia' ons persoonlijk veel meer aansprak?
[Bespreking 'Nieuwe Herfst Tournee']
Op het kleingemaakte podium (waarbij de apparatuur grotendeels aan het
zicht onttrokken is door een niet erg fraai maar wel zeer effectief
decor van metershoog getimmerde latjes waaraan de meeste
muziekinstrumenten hangen) vertolken zij met zijn achten zo'n 25
liedjes uit 32 jaar repertoire van Boudemjn de Groot. Dat zijn
ingetogen ballads (zoals het breekbare nieuwe lied
'De rover), maar ook veel uitbundiger en
vrolijker songs (zoals het bekende 'Tante Julia'), oude en recente
teksten van De Groots artistieke kompaan Lennaert Nijgh (zoals de
klassieker 'Malle Babbe' en de nieuwe single
'Avond), maar ook enkele eigen teksten (van
de onderschatte elpee 'Maalstroom',
uit 1984) en werk van Herman Pieter de Boer, zoals 'Annabel', de Hans
de Booij-hit waarvoor Boudewijn de Groot indertijd de muziek schreef.
[Bespreking 'Nieuwe Herfst Tournee']
Bij het betreden van De Muzeval op woensdagavond krijgt De Groot wat
'de provincie' aangaat even gelijk. Het 'multifuncitonele' theater
met zijn automatische schuifdeuren en kakelbonte inrichting maakt een
verdronken vlinder van de bezoeker.
Maar niets ten nadele van het Emmens publiek dat volgens de zanger
opvallend snel los kwam. De Groot vindt het niet vervelend dat er nog
steeds antieke hits als 'Testament' en
'Tante Julia'op het repertoire staan.
"Het is geen verplichting, hoewel ik denk dat het publiek wel
teleurgesteld zou zijn als ik niets uit die tijd zou spelen. Als ik
naar de Stones ga, dan hoop ik ook dat ze 'Satisfaction' spelen. En
ik vind het nog steeds mooie nummers. Wat ik wel opvallend en positief
vind: het publiek van nu is veel ontvankelijker voor nieuwe repertoire.
Nu gaan ook onbekende nummers mee in de waardering."
Het begint in 1964 met Strand (Je gaat
er op de brommer heen / en ligt dan plat tot kwart voor
één / dan ga je kijken naar een vrouw / die je
wel graag versieren zou / dan krijg je ruzie met haar man /
die toevallig boksen kan / en met je tanden in je hand /
sjok je weer verder langs het strand) en daarna volgen talloze
klassiek geworden nummers als Testament,
Meisje van 16,
Voor overlevenden,
Prikkebeen,
Het Land van Maas en Waal, Jimmy,
Tante Julia en Malle Babbe.
In 1977 kwam ik ertoe in Los Angeles te gaan wonen. Amerika was
een jeugddroom. Bij aankomst werd aan al mijn verwachtingen voldaan:
met de glooiende heuvels van Hollywood als decor voelde ik me net een
filmster. Fantastisch. Ik heb daar ook een plaat gemixt. In de studio
had natuurlijk niemand ooit van Bauwdewaain the Kroet gehoord, maar
toen ik werd voorgesteld als de Nederlandse Bob DyIan werden er oren
gespitst. De luikjes gingen open toen ik vertelde dat ik eh, acht
gouden, twee platina en een diamanten plaat had gemaakt.
Die periode in Los Angeles kon niet verhinderen dat ik in een
depressie raakte. Dat was rond mijn veertigste, al had dat weinig te
maken met mijn leeftijd: zoiets doemt op en 't wordt onstuitbaar
groter. Ik denk dat die mindere periode te maken had met de schaduw
van de legende Boudewijn de Groot, de hitmaker met klassiekers als
'Meisje van 16', 'Tante Julia' en
'Eenzame Fietser'. Daar wilde ik vanaf. Ik voel de me benauwd.
Opnieuw trok ik alle consequenties die maar mogelijk waren, opnieuw
gooide ik het roer honderdtachtig graden om. Net als eind jaren
zestig liet ik mensen in de steek: mijn vriendin en mijn derde kind.
"Het lijkt wel alsof ik terug naar mijn wortels wil," stelt
[Boudewijn] zelf ietwat verbaasd vast. Een mens verwacht
steevast een zaal Tante Julia's of, om het met zijn eigen schampere
woorden te zeggen, "mensen die meenden het belangrijkste deel van hun
leven in de jaren zestig te moeten slijten, de hippies dus". Maar neen.
Alle leeftijden spiegelen zich aan
Een nieuwe herfst, De Groots
eerste plaat sinds 1984.
Het verzameld werk van Lennaert Nijgh is uit.
'Ik doe wat ik doe'. Een kloek boek met
klassiekers als 'Het Land van Maas en Waal'
en 'Malle Babbe',
'Pastorale' en
'Meester Prikkebeen',
'Tante Julia' en 'Testament'. Een gesprek
met de Haarlemse schrijver, die in de jaren zestig naam maakte met zijn
teksten voor Boudewijn de Groot. "Ik heb weinig metla-la-la en na-na-na."